ECLI:NL:HR:2010:BK6066
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- J.A.C.A. Overgaauw
- P.M.F. van Loon
- M.A. Fierstra
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep van X B.V. tegen uitspraak Gerechtshof Arnhem inzake vennootschapsbelasting
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 9 april 2010 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van X B.V. tegen een eerdere uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem. Het beroep in cassatie was gericht tegen de beslissing van het Hof, die op zijn beurt de uitspraak van de Rechtbank te Arnhem had bevestigd. De Rechtbank had het beroep van belanghebbende tegen de beschikking van de Inspecteur, die de aanslag vennootschapsbelasting voor het jaar 2003 had vastgesteld, ongegrond verklaard. De Inspecteur had bij deze beschikking ook het bedrag van het met de winst van dat jaar verrekende verlies vastgesteld. Na het indienen van bezwaar door belanghebbende, handhaafde de Inspecteur zijn beschikking.
Belanghebbende, X B.V., heeft vervolgens hoger beroep ingesteld bij het Hof, dat de uitspraak van de Rechtbank heeft bevestigd. Tegen deze uitspraak heeft belanghebbende cassatie ingesteld en daarbij twee middelen voorgesteld. De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend. De Advocaat-Generaal P.J. Wattel heeft op 19 november 2009 geconcludeerd tot ongegrondverklaring van het beroep in cassatie.
De Hoge Raad heeft in zijn arrest geoordeeld dat de middelen falen op de gronden die zijn vermeld in een eerder arrest (09/01703) tussen dezelfde partijen. De Hoge Raad heeft geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten en heeft het beroep in cassatie ongegrond verklaard. Dit arrest is openbaar uitgesproken door de raadsheer P. Lourens als voorzitter, samen met de andere rechters op 9 april 2010.