ECLI:NL:HR:2010:BK3162
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- E.N. Punt
- M.A. Fierstra
- Rechtspraak.nl
Cassatie over motorrijtuigenbelasting en bevestiging eerdere uitspraken
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 10 september 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende motorrijtuigenbelasting. De belanghebbende, X3 te Z, had voor het tijdvak van 22 juli 2005 tot en met 21 oktober 2005 op aangifte een bedrag aan motorrijtuigenbelasting voldaan. Na bezwaar tegen dit bedrag, dat door de Inspecteur werd afgewezen, heeft de Rechtbank te Arnhem het beroep ongegrond verklaard. Hierna heeft de belanghebbende hoger beroep ingesteld bij het Gerechtshof te Arnhem, dat de uitspraak van de Rechtbank heeft bevestigd. Tegen deze uitspraak heeft de belanghebbende cassatie ingesteld, waarbij twee middelen zijn voorgesteld. De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend, en beide partijen hebben schriftelijk toelichting gegeven op elkaars standpunten.
De Advocaat-Generaal M.E. van Hilten heeft in zijn conclusie op 22 oktober 2009 geadviseerd om het beroep in cassatie gegrond te verklaren, de uitspraak van het Hof te vernietigen en de zaak te verwijzen naar een ander gerechtshof. Echter, de Hoge Raad heeft in zijn arrest geoordeeld dat de middelen falen op dezelfde gronden als in een eerder arrest met nummer 08/04653. De Hoge Raad heeft geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten en heeft het beroep in cassatie ongegrond verklaard. Dit arrest is openbaar uitgesproken en ondertekend door de vice-president en de raadsheren, met de waarnemend griffier aanwezig.