ECLI:NL:HR:2010:BJ8676
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- J.P. Balkema
- B.C. de Savornin Lohman
- J. de Hullu
- W.F. Groos
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van een uitspraak wegens ontbrekende pleitnotities in cassatie
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 juli 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba. De zaak betreft een beroep in cassatie ingesteld door de verdachte, vertegenwoordigd door mr. C. Wendenburg, advocaat te Maastricht. Het beroep was niet gericht tegen de vrijspraak van feit 2, maar tegen andere aspecten van het vonnis. De Hoge Raad constateerde dat de pleitnotities, die in hoger beroep waren gevoerd, ontbraken in de stukken die aan de Hoge Raad waren toegezonden. Dit gebrek maakte het onmogelijk om na te gaan of het verweer dat in de pleitnotities was opgenomen, daadwerkelijk was gevoerd tijdens de zitting.
De Hoge Raad oordeelde dat het ontbreken van deze pleitnotities zozeer in strijd was met een behoorlijke procesorde, dat dit leidde tot nietigheid van het onderzoek en de uitspraak van het Hof. De Advocaat-Generaal Machielse had geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden vonnis en terugwijzing van de zaak naar het Gemeenschappelijk Hof, zodat de zaak opnieuw kon worden berecht. De Hoge Raad volgde deze conclusie en vernietigde de bestreden uitspraak, voor zover deze aan zijn oordeel onderworpen was. De zaak werd terugverwezen naar het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba voor herbehandeling.
De uitspraak benadrukt het belang van een goede procesorde en de noodzaak om alle relevante stukken, zoals pleitnotities, tijdig en volledig aan de rechter voor te leggen. Het verzuim om deze stukken te overleggen kan ernstige gevolgen hebben voor de rechtsgang en de uitkomst van de procedure.