ECLI:NL:HR:2009:BK2000
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- O. de Savornin Lohman
- F.B. Bakels
- F.H. Koster
- Rechtspraak.nl
Cassatie over bewijsaanbod in verkeersongeval en de vrijheid van tegenbewijs
In deze zaak gaat het om een verkeersongeval waarbij [eiser], als bestuurder van een bromfiets, ernstig gewond raakte na een botsing met een andere bromfiets, bestuurd door [verweerder 2]. Unigarant N.V., de verzekeraar van [verweerder 2], en [verweerder 2] zelf zijn door [eiser] aansprakelijk gesteld voor de schade die hij heeft geleden. De rechtbank heeft de vordering van [eiser] om meer dan 50% van zijn schade vergoed te krijgen, afgewezen. Dit vonnis werd later door het gerechtshof te Arnhem bekrachtigd. Tegen dit eindarrest heeft [eiser] cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft in zijn uitspraak van 22 december 2009 het arrest van het gerechtshof vernietigd. De Hoge Raad oordeelde dat het hof ten onrechte had geoordeeld dat het bewijsaanbod van [eiser] om tegenbewijs te leveren, gespecificeerd moest worden. Volgens artikel 151 lid 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering staat het leveren van tegenbewijs vrij. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het hof [eiser] zonder meer tot dit bewijs had moeten toelaten. Daarnaast heeft de Hoge Raad vastgesteld dat het bewijsaanbod van [eiser] niet beperkt was tot het horen van [verweerder 2] als getuige, maar ook andere getuigen omvatte.
De Hoge Raad heeft de zaak verwezen naar het gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling en beslissing. De beslissing over de kosten van het geding in cassatie is gereserveerd tot de einduitspraak. De kosten zijn begroot op € 469,62 aan verschotten en € 2.600,-- voor salaris aan de zijde van [eiser], en € 374,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris aan de zijde van Unigarant N.V. en [verweerder 2].