ECLI:NL:HR:2009:BK0668
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- E.J. Numann
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Geschil over naleving omgangsregeling minderjarig kind
In deze zaak gaat het om een geschil tussen de vader en de moeder van een minderjarig kind over de naleving van een omgangsregeling. De vader heeft de moeder gedagvaard voor de voorzieningenrechter van de rechtbank Arnhem, waarbij hij primair vorderde dat de moeder de afspraken uit een eerder vonnis van 15 juni 2007 zou naleven, op straffe van een dwangsom van € 750 per keer dat zij dit niet deed. Subsidiair vorderde hij dat de hoofdverblijfplaats van hun kind bij hem zou zijn, met de mogelijkheid om dit met behulp van politie en justitie te effectueren. De moeder heeft de vordering bestreden.
De voorzieningenrechter heeft op 4 juni 2008 de moeder veroordeeld om mee te werken aan de omgangsregeling, met een dwangsom van € 750 per keer dat zij in gebreke bleef, tot een maximum van € 10.000. De moeder ging in hoger beroep bij het gerechtshof te Arnhem, waar zij vroeg om schorsing van de tenuitvoerlegging van het vonnis en vernietiging van de vorderingen van de vader. De vader heeft incidenteel hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft op 19 augustus 2008 het vonnis van de voorzieningenrechter vernietigd voor zover het de moeder verplichtte om mee te werken aan de omgangsregeling, en heeft de vordering van de vader afgewezen. Het hof heeft de omgangsregeling geschorst totdat er in de bodemprocedure een beslissing zou zijn genomen. De vader heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof.
De Hoge Raad heeft op 11 december 2009 het beroep in cassatie verworpen. De in de middelen aangevoerde klachten konden niet tot cassatie leiden, en de Hoge Raad heeft de kosten van het geding in cassatie gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.