ECLI:NL:HR:2009:BJ8838
Hoge Raad
- Cassatie
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- J.C. van Oven
- C.A. Streefkerk
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatie over bewijslastverdeling in geschil over betalingen exploitatie grill-room
In deze zaak heeft eiser, wonende te [woonplaats], op 21 september 2000 verweerder, wonende te [woonplaats], gedagvaard voor de kantonrechter te Alphen aan den Rijn. Eiser vorderde een betaling van ƒ 5.642,--, vermeerderd met rente en kosten. Verweerder heeft de vordering bestreden. De kantonrechter heeft, na tussenvonnissen op 13 februari 2001 en 27 november 2001, bij eindvonnis van 10 september 2002 de vordering afgewezen. Eiser heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage. Het hof heeft na tussenarresten van 26 mei 2005 en 2 maart 2006 bij eindarrest van 22 mei 2008 de vonnissen van de kantonrechter bekrachtigd. Eiser heeft vervolgens beroep in cassatie ingesteld tegen de arresten van het hof. De cassatiedagvaarding is aan het arrest gehecht en maakt daarvan deel uit. Verweerder is niet verschenen in de cassatieprocedure, waarop verstek is verleend. De Advocaat-Generaal E.M. Wesseling-van Gent heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en eiser in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, tot op deze uitspraak aan de zijde van verweerder begroot op nihil. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden, en dat dit geen nadere motivering behoeft gezien artikel 81 RO, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.