ECLI:NL:HR:2009:BJ7914
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- J.W.M. Tijnagel
- A.H.T. Heisterkamp
- Rechtspraak.nl
Cassatie over aanslag inkomstenbelasting en de eigendom van onroerende zaak
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van belanghebbende tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, die betrekking heeft op een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1997. De Inspecteur had de aanslag na bezwaar gehandhaafd, maar het Hof verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de uitspraak van de Inspecteur en verminderde de aanslag. Belanghebbende heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen deze uitspraak van het Hof.
De Hoge Raad oordeelt dat het middel gegrond is voor zover het betoogt dat het Hof ten onrechte heeft aangenomen dat de onderaannemer de volle civielrechtelijke eigendom van de onroerende zaak heeft gehad. Desondanks kan het middel niet tot cassatie leiden, omdat de onderaannemer in deze omstandigheden moet worden aangemerkt als de 'ander' in de zin van artikel 25b van de Wet op de inkomstenbelasting 1964. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie gegrond, vernietigt de uitspraak van het Hof voor zover het de vaststelling van het belastbare inkomen betreft, en vermindert de aanslag tot een belastbaar inkomen van ƒ 70.411 (€ 31.951). Tevens wordt de Staat gelast om het griffierecht van € 103 aan belanghebbende te vergoeden.
De zaak betreft belangrijke juridische vragen over de eigendom van onroerende zaken en de toepassing van belastingwetgeving, en de Hoge Raad heeft de zaak afgedaan zonder verdere proceskostenveroordeling. Dit arrest is gewezen op 18 september 2009 door de vice-president en twee raadsheren, en is openbaar uitgesproken.