ECLI:NL:HR:2009:BJ7570
Hoge Raad
- Herziening
- A.J.A. van Dorst
- H.A.G. Splinter-van Kan
- C.H.W.M. Sterk
- Rechtspraak.nl
Herziening van een vonnis van de Kantonrechter inzake motorrijtuigverzekering
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 15 september 2009 uitspraak gedaan over een aanvrage tot herziening van een vonnis van de Kantonrechter in de Rechtbank te Haarlem. De aanvrager, vertegenwoordigd door mr. J.L. Scheltens, had een geldboete van € 380,- opgelegd gekregen voor het niet sluiten van een verzekering voor een motorrijtuig waarvoor een kentekenbewijs was afgegeven. De aanvrage tot herziening was gebaseerd op nieuwe informatie van de Rijksdienst voor het Wegverkeer, waaruit bleek dat het kenteken van het voertuig abusievelijk niet ongeldig was verklaard op de juiste datum. Dit leidde tot de conclusie dat de aanvrager ten onrechte als kentekenhouder geregistreerd was gebleven.
De Hoge Raad oordeelde dat er sprake was van een omstandigheid als bedoeld in artikel 457, eerste lid aanhef en onder 2° van het Wetboek van Strafvordering, wat de aanvrage gegrond maakte. De Hoge Raad heeft de tenuitvoerlegging van het vonnis van de Kantonrechter geschorst en de zaak verwezen naar het Gerechtshof te Amsterdam voor herbehandeling. De conclusie van de Advocaat-Generaal, Machielse, was dat de Hoge Raad de aanvrage gegrond zou verklaren en de zaak zou verwijzen voor verdere behandeling.
De uitspraak benadrukt het belang van correcte registratie en de gevolgen van administratieve fouten in het strafrecht. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat, indien de Kantonrechter op de hoogte was geweest van de nieuwe feiten, hij de aanvrager mogelijk had vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten.