ECLI:NL:HR:2009:BJ7568

Hoge Raad

Datum uitspraak
16 oktober 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
07/12954
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over borgtocht en vertegenwoordigingsbevoegdheid van beherend vennoot in een vennootschap onder firma

In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gekomen, betreft het een geschil over een borgtocht en de vertegenwoordigingsbevoegdheid van de beherend vennoot van een vennootschap onder firma. De eiseres tot cassatie, Horeca Vlees Westland B.V., heeft in eerste aanleg een vordering ingesteld tegen meerdere gedaagden, waaronder de rechtspersoon naar Fins recht, OSUUSTEURASTAMO KARJAPORTTI. De vordering was gericht op betaling van een bedrag van € 45.891,85, vermeerderd met contractuele rente. De rechtbank 's-Gravenhage heeft in een eindvonnis van 9 juli 2003 de gedaagden hoofdelijk veroordeeld tot betaling van dit bedrag, met uitzondering van andere vorderingen die zijn afgewezen.

Horeca Vlees Westland heeft hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage, dat in een tussenarrest van 11 januari 2005 bewijslevering door getuigen heeft opgedragen. In het eindarrest van 24 juli 2007 heeft het hof de eerdere vonnissen bekrachtigd, maar de rente opnieuw vastgesteld op wettelijke rente vanaf 16 oktober 2001. Tegen deze arresten heeft Horeca Vlees Westland cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld, waarbij de conclusie van de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot strekte tot verwerping van het beroep.

De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de eiseres in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, die aan de zijde van de verweerder, Karjaportti, zijn begroot op nihil. De Hoge Raad oordeelt dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden, en dat nadere motivering niet nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uitspraak

16 oktober 2009
Eerste Kamer
07/12954
DV/TT
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
HORECA VLEES WESTLAND B.V.,
gevestigd te 's-Gravenzande, gemeente Westland,
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. P.J.L.J. Duijsens,
t e g e n
de rechtspersoon naar Fins recht OSUUSTEURASTAMO KARJAPORTTI,
gevestigd te Mikkeli, Finland,
VERWEERSTER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als Horeca Vlees Westland en Karjaportti.
1. Het geding in feitelijke instanties
Karjaportti heeft bij exploot van 16 oktober 2001 Horeca Vlees Westland, [betrokkene 1], de v.o.f. R&S Import-Export, [A] B.V. en [betrokkene 2] gedagvaard voor de rechtbank 's-Gravenhage en, na wijziging van eis, gevorderd, kort gezegd, de gedaagden hoofdelijk te veroordelen tot betaling aan Karjaportti een bedrag van € 45.891,85, vermeerderd met de contractuele rente van 10% per jaar, althans de wettelijke rente.
De gedaagden hebben de vordering bestreden.
De rechtbank heeft, na Karjaportti bij tussenvonnis van 19 februari 2009 bewijslevering te hebben opgedragen, bij eindvonnis van 9 juli 2003 Horeca Vlees Westland, de v.o.f. R&S Import-Export, [A] B.V. en [betrokkene 2] hoofdelijk veroordeeld tot betaling aan Karjaportti van een bedrag van € 45.891,85, vermeerderd met de contractuele rente van 10% per jaar over dit bedrag vanaf de vervaldag tot aan de dag der algehele voldoening, en het meer of anders gevorderde afgewezen.
Tegen deze vonnissen heeft Horeca Vlees Westland hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage.
Bij tussenarrest van 11 januari 2005 heeft het hof Horeca Vlees Westland bewijslevering door getuigen opgedragen. Bij eindarrest van 24 juli 2007 heeft het hof de vonnissen waarvan beroep bekrachtigd, behoudens voor zover Horeca Vlees Westland in het eindvonnis is veroordeeld tot betaling van rente ad 10% en in zoverre opnieuw rechtdoende, Horeca Vlees Westland veroordeeld tot betaling van de wettelijke rente over de hoofdsom vanaf 16 oktober 2001.
De arresten van het hof zijn aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen beide arresten van het hof heeft Horeca Vlees Westland beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Tegen Karjaportti is verstek verleend.
De zaak is voor Horeca Vlees Westland toegelicht door haar advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt Horeca Vlees Westland in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Karjaportti begroot op nihil.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en W.A.M. van Schendel, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 16 oktober 2009.