ECLI:NL:HR:2009:BJ7003

Hoge Raad

Datum uitspraak
23 oktober 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
08/01217
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Duurzame ontwrichting huwelijk en partneralimentatie in cassatie

In deze zaak gaat het om een geschil tussen voormalige echtelieden over de vraag of er sprake is van duurzame ontwrichting van het huwelijk en of de vrouw misbruik van recht pleegt door partneralimentatie te vorderen. De man heeft op 13 maart 2006 een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank Amsterdam om echtscheiding uit te spreken en om te bepalen dat de vrouw hem een bijdrage van € 3.500,-- per maand in zijn levensonderhoud zou betalen. De vrouw heeft hiertegen verweer gevoerd en verzocht om het verzoek tot echtscheiding toe te wijzen, maar het verzoek tot een bijdrage in de kosten van levensonderhoud van de man af te wijzen. De rechtbank heeft op 10 januari 2007 de echtscheiding uitgesproken en bepaald dat de vrouw € 1.922,-- per maand aan de man zal betalen als uitkering tot zijn levensonderhoud, te rekenen vanaf de inschrijving van de uitspraak.

De vrouw heeft hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam, waarin zij verzocht om de man niet-ontvankelijk te verklaren in zijn verzoek, of in ieder geval om de uitkering tot levensonderhoud op nihil te stellen of op een lager bedrag te bepalen. De man heeft incidenteel hoger beroep ingesteld. Het hof heeft op 20 december 2007 de uitkering tot levensonderhoud van de man vastgesteld op € 1.590,-- per maand en de beschikking van de rechtbank in zoverre vernietigd. Het hof heeft het meer of anders verzochte afgewezen.

Tegen de beschikking van het hof heeft de vrouw cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de klachten in de cassatieprocedure beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad heeft de beslissing van het hof bevestigd en het cassatieberoep verworpen. De uitspraak is gedaan door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, J.C. van Oven, W.A.M. van Schendel en openbaar uitgesproken door E.J. Numann op 23 oktober 2009.

Uitspraak

23 oktober 2009
Eerste Kamer
08/01217
EE/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[De vrouw],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKSTER tot cassatie,
advocaat: mr. R.M.L. Theelen,
t e g e n
[De man],
wonende te [woonplaats],
VERWEERDER in cassatie,
advocaat: mr. E. Grabandt.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als de vrouw en de man.
1. Het geding in feitelijke instanties
Met een op 13 maart 2006 ter griffie van de rechtbank Amsterdam ingekomen verzoekschrift heeft de man zich tot de rechtbank gewend en verzocht tussen partijen echtscheiding uit te spreken en te bepalen dat de vrouw een bijdrage van € 3.500,-- per maand in het levensonderhoud van de man zal voldoen.
De vrouw heeft verzocht het verzoek tot echtscheiding toe te wijzen en het verzoek tot een bijdrage in de kosten van het levensonderhoud van de man af te wijzen.
De rechtbank heeft bij beschikking van 10 januari 2007 tussen partijen echtscheiding uitgesproken en bepaald dat de vrouw € 1.922,-- per maand aan de man zal betalen als uitkering tot zijn levensonderhoud vanaf de dag van inschrijving van de uitspraak der echtscheiding.
Tegen deze beschikking heeft de vrouw hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. De vrouw heeft in hoger beroep verzocht de man alsnog niet-ontvankelijk te verklaren in zijn inleidend verzoek, althans het in eerste aanleg door haar verzochte alsnog toe te wijzen en/of de gevraagde uitkering tot het levensonderhoud van de man op nihil te stellen, althans op een lager bedrag te bepalen dan door de rechtbank is vastgesteld. De man heeft incidenteel hoger beroep ingesteld.
Bij beschikking van 20 december 2007 heeft het hof de uitkering tot levensonderhoud van de man bepaald op € 1.590,-- per maand en de beschikking waarvan beroep in zoverre vernietigd. Het meer of anders verzochte heeft het hof afgewezen.
De beschikking van het hof is aan deze beschikking gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van het hof heeft de vrouw beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De man heeft verzocht het beroep te verwerpen.
De conclusie van de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en W.A.M. van Schendel, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 23 oktober 2009.