ECLI:NL:HR:2009:BJ3297
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- J. de Hullu
- C.H.W.M. Sterk
- Rechtspraak.nl
Opgave van bewijsmiddelen bij bekennende verdachte in cassatie
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 6 oktober 2009 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De verdachte, geboren in 1977, was aangeklaagd voor het besturen van een motorrijtuig terwijl zijn rijbewijs ongeldig was verklaard. De verdachte had op 26 augustus 2006 te Noordwijk aan Zee gereden, wetende dat zijn rijbewijs niet geldig was. Tijdens de rechtszitting in hoger beroep had de verdachte bekend, maar zijn raadsman had vrijspraak bepleit. Het Hof had geoordeeld dat volstaan kon worden met een opgave van de bewijsmiddelen, maar de Hoge Raad oordeelde dat dit onjuist was, aangezien de raadsman vrijspraak had bepleit. De Hoge Raad oordeelde dat de bewezenverklaring van het feit ontoereikend gemotiveerd was en vernietigde de bestreden uitspraak, maar alleen wat betreft de beslissingen ter zake van het onder 1 tenlastegelegde. De zaak werd terugverwezen naar het Gerechtshof te 's-Gravenhage voor herbehandeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep voor het overige.