ECLI:NL:HR:2009:BI9795
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- C. Schaap
- M.W.C. Feteris
- Rechtspraak.nl
Fiscale partner kwalificatie en aanslag inkomstenbelasting
In deze zaak gaat het om de kwalificatie van belanghebbende als fiscale partner van B voor de inkomstenbelasting over het jaar 2004. De belanghebbende, geboren in 1963, had zich in 2001 laten uitschrijven van het woonadres b-straat 1 te R en had dit adres als briefadres opgegeven. De Inspecteur had een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen opgelegd, die na bezwaar door de Rechtbank te Arnhem werd gehandhaafd. De belanghebbende ging in hoger beroep bij het Hof, dat de uitspraak van de Rechtbank bevestigde. Hierna stelde belanghebbende beroep in cassatie in bij de Hoge Raad.
De Hoge Raad oordeelde dat de belanghebbende slechts als fiscale partner van B kon worden aangemerkt indien zij gedurende meer dan zes maanden onafgebroken op hetzelfde woonadres als B stond ingeschreven in de basisadministratie persoonsgegevens. Dit vereiste was niet voldaan, aangezien het adres in de basisadministratie slechts als briefadres was vermeld. De Hoge Raad bevestigde de beslissing van het Hof dat belanghebbende niet als fiscale partner kon worden aangemerkt en dus geen recht had op de algemene heffingskorting.
De Hoge Raad behandelde ook andere middelen, maar deze konden niet tot cassatie leiden. De proceskosten werden niet toegewezen, en het beroep in cassatie werd ongegrond verklaard. Dit arrest is gewezen op 26 juni 2009 door de vice-president en twee raadsheren, en is openbaar uitgesproken.