ECLI:NL:HR:2009:BI6289
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- A. Hammerstein
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de nietigheid van rechtshandelingen onder het voorkeursrecht van gemeenten
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 november 2009 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende de nietigheid van rechtshandelingen die onder het voorkeursrecht van gemeenten vallen, zoals geregeld in de Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg). De Gemeente Katwijk had verzocht om de nietigheid van een ontwikkelingsovereenkomst en de vestiging van een pand- en hypotheekrecht met betrekking tot een perceel dat onder het voorkeursrecht viel. Dit perceel was verhypothekeerd ten gunste van een hypotheeknemer, wat leidde tot juridische geschillen over de geldigheid van deze rechtshandelingen.
De zaak begon met een verzoekschrift dat op 20 juli 2006 werd ingediend bij de rechtbank 's-Gravenhage. De rechtbank heeft op 24 januari 2007 het verzoek van de Gemeente toegewezen. Damplan Vastgoedontwikkeling B.V. en een tweede verzoekster, die niet verschenen waren, gingen in hoger beroep bij het gerechtshof te 's-Gravenhage. Het hof bekrachtigde op 24 april 2008 de beschikking van de rechtbank, wat leidde tot een cassatieberoep door Damplan c.s.
De Hoge Raad oordeelde dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie konden leiden. De conclusie van de Advocaat-Generaal, L.A.D. Keus, strekte tot verwerping van het beroep, wat de Hoge Raad uiteindelijk deed. De kosten van het geding in cassatie werden aan Damplan c.s. opgelegd, begroot op € 348,38 aan verschotten en € 900,-- voor salaris. Deze uitspraak heeft belangrijke implicaties voor de toepassing van het voorkeursrecht van gemeenten en de rechtsgeldigheid van daarop gebaseerde rechtshandelingen.