ECLI:NL:HR:2009:BI4325
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatie over erfdienstbaarheid en recht van uitweg
In deze zaak gaat het om een geschil over erfdienstbaarheid en het recht van uitweg. [Verweerster] heeft [eiser] c.s. gedagvaard voor de rechtbank 's-Gravenhage, waarbij zij vorderde dat haar een recht van uitweg zou worden toegekend over het perceel van [eiser] c.s. Dit recht was noodzakelijk om toegang te krijgen tot de openbare weg. De rechtbank heeft in haar eindvonnis van 23 juni 2004 geoordeeld dat [verweerster] recht heeft op een uitweg over het perceel van [eiser] c.s. en dat elke frustratie van dit recht onrechtmatig is. Tevens werd [eiser] c.s. veroordeeld tot betaling van een dwangsom voor elke onrechtmatige gedraging.
Tegen deze uitspraak hebben [eiser] c.s. hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage. Het hof heeft de eerdere uitspraak van de rechtbank bekrachtigd in zijn eindarrest van 1 maart 2007. Hierna hebben [eiser] c.s. cassatie ingesteld tegen de arresten van het hof. De Hoge Raad heeft de klachten in de cassatieberoep niet gegrond verklaard en het beroep verworpen. De Hoge Raad oordeelde dat de aangevoerde klachten niet tot cassatie konden leiden en dat er geen noodzaak was voor nadere motivering, aangezien de klachten geen rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of rechtsontwikkeling aan de orde stelden.
De Hoge Raad heeft [eiser] c.s. ook veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op een totaal van € 2.571,34. Dit arrest is uitgesproken op 4 september 2009 door de raadsheren van de Hoge Raad.