ECLI:NL:HR:2009:BI3873
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- H.A.G. Splinter-van Kan
- C.H.W.M. Sterk
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen arrest Gerechtshof Amsterdam inzake verzoek tot horen van getuigen in strafzaak
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, waarbij de verdachte, geboren in 1946 en ten tijde van de aanzegging gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting 'Haaglanden', verzocht om het horen van getuigen, waaronder rechter mr. M.J.C. van Kamp en officier van justitie mr. Van Straelen. De verdediging stelde dat er ongeoorloofde toezeggingen waren gedaan aan de kroongetuige, wat de noodzaak van het horen van deze getuigen zou rechtvaardigen. Het Hof heeft echter geoordeeld dat het horen van deze getuigen niet noodzakelijk was, omdat er onvoldoende aanknopingspunten in het dossier waren voor de stelling van de verdediging. De Hoge Raad heeft de bestreden uitspraak vernietigd, maar uitsluitend wat betreft de duur van de opgelegde gevangenisstraf, en deze verminderd naar tien jaren en zes maanden. De Hoge Raad oordeelde dat de redelijke termijn in de cassatiefase was overschreden, wat leidde tot de strafvermindering. De overige middelen van de verdediging werden verworpen, en de Hoge Raad concludeerde dat het Hof de juiste maatstaf had gehanteerd bij de beoordeling van de verzoeken tot het horen van getuigen.