ECLI:NL:HR:2009:BI3452
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- O. de Savornin Lohman
- A. Hammerstein
- J.C. van Oven
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Overheidsaansprakelijkheid en schadevordering in verband met de Tabakswet
In deze zaak heeft British American Tobacco (BAT) de Staat der Nederlanden aangeklaagd voor schadevergoeding, omdat zij meende dat de Staat onrechtmatig had gehandeld door de verwachting te wekken dat alle tabaksautomaten vanaf de inwerkingtreding van de nieuwe Tabakswet op 1 januari 2003 uitgerust moesten zijn met een chipkaartsysteem voor leeftijdsverificatie. BAT had aanzienlijke kosten gemaakt voor de ontwikkeling van een dergelijk systeem, genaamd 'AgeKey', en vorderde een schadevergoeding van € 19.002.680,80, plus rente en kosten. De rechtbank in 's-Gravenhage wees de vorderingen van BAT af, en het gerechtshof bekrachtigde dit vonnis in een arrest van 21 juni 2007. BAT ging in cassatie tegen dit arrest.
De Hoge Raad oordeelde dat de vordering van BAT niet kon worden toegewezen. De Hoge Raad stelde vast dat de wetgever de verplichting om tabaksautomaten met een chipkaartsysteem uit te rusten niet dwingend had voorgeschreven in het Besluit tabaksautomaten van 26 januari 2004. Hierdoor was er geen causaal verband tussen de gedragingen van de Staat en de schade die BAT had geleden. De Hoge Raad verwierp het beroep van BAT en veroordeelde haar in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de Staat werden begroot op € 5.987,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
De uitspraak benadrukt de noodzaak voor bedrijven om goed geïnformeerd te zijn over de wettelijke vereisten en de risico's van investeringen in nieuwe technologieën, vooral wanneer deze afhankelijk zijn van overheidsbeleid. De Hoge Raad bevestigde dat de Staat niet onrechtmatig had gehandeld en dat de schade die BAT had geleden niet het gevolg was van een onrechtmatige daad van de overheid.