ECLI:NL:HR:2009:BI3427
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- A. Hammerstein
- W.A.M. van Schendel
- C.A. Streefkerk
- Rechtspraak.nl
Cassatie over invordering van belastingschuld en vaststellingsovereenkomst
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 26 juni 2009 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen [eiser] en de Ontvanger van de Belastingdienst Rijnmond. De zaak betreft een geschil over de invordering van een belastingschuld van ƒ 1.000.000,-- (€ 453.780,22) die door de Ontvanger was gevorderd. De Ontvanger had [eiser] gedagvaard voor de rechtbank Rotterdam, die op 10 december 2003 in conventie de vordering van de Ontvanger toewijsde en in reconventie de vorderingen van [eiser] afwees. Hierop heeft [eiser] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage, dat op 14 juni 2007 het vonnis van de rechtbank bekrachtigde. Tegen dit arrest heeft [eiser] cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en [eiser] veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de Ontvanger zijn begroot op € 5987,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De uitspraak is gedaan door een vijfkoppige kamer, onder leiding van vice-president J.B. Fleers.