ECLI:NL:HR:2009:BI1458
Hoge Raad
- Herziening
- F.H. Koster
- J.P. Balkema
- J.W. Ilsink
- Rechtspraak.nl
Herziening van een vonnis van de Kantonrechter inzake motorrijtuigenverzekering
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 12 mei 2009 uitspraak gedaan over een aanvrage tot herziening van een vonnis van de Kantonrechter in de Rechtbank te Haarlem, gedateerd 21 december 2006. De aanvrager, vertegenwoordigd door mr. J.L. Scheltens, had een geldboete van € 380,- opgelegd gekregen voor het niet sluiten van een verzekering overeenkomstig de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen (WAM) voor het voertuig met kenteken [AA-00-BB]. De aanvrage tot herziening was gebaseerd op het feit dat het kenteken [AA-00-BB] abusievelijk niet per 30 maart 2005 ongeldig was verklaard, waardoor de aanvrager ten onrechte als kentekenhouder geregistreerd bleef staan.
De Hoge Raad heeft de aanvrage gegrond verklaard en de opschorting of schorsing van de tenuitvoerlegging van het vonnis van de Kantonrechter bevolen. Tevens is de zaak verwezen naar het Gerechtshof te Amsterdam voor een nieuwe behandeling op basis van artikel 467, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering. De Advocaat-Generaal Vellinga had geconcludeerd dat de Hoge Raad de aanvrage gegrond zou verklaren, en de Hoge Raad volgde deze conclusie.
De beoordeling van de aanvrage leidde tot de vaststelling dat er een omstandigheid was die de Kantonrechter, indien hij hiervan op de hoogte was geweest, mogelijk tot een vrijspraak zou hebben geleid. Dit leidde tot de slotsom dat de aanvrage gegrond was, en de Hoge Raad heeft de beslissing dienovereenkomstig genomen.