ECLI:NL:HR:2009:BI1375
Hoge Raad
- Cassatie
- F.H. Koster
- J.P. Balkema
- B.C. de Savornin Lohman
- Rechtspraak.nl
Schending van het recht op bijstand van een raadsman in hoger beroep
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 16 juni 2009 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de Politierechter, maar was niet verschenen op de zitting van het Hof. De raadsman van de verdachte, mr. O.O. van der Lee, had een brief gestuurd waarin hij zich als raadsman stelde, maar er was geen ontvangstbevestiging van deze brief. De Hoge Raad oordeelde dat er voldoende grond was voor het vermoeden dat de brief wel was ontvangen door de griffie van het Hof, maar daar verloren was gegaan. Hierdoor was niet voldaan aan de vereisten van artikel 51 van het Wetboek van Strafvordering, dat de aanwezigheid van een raadsman waarborgt. De Hoge Raad concludeerde dat de niet-nakoming van dit voorschrift een geldige behandeling van de zaak in de weg stond, en vernietigde de bestreden uitspraak. De zaak werd terugverwezen naar het Gerechtshof te 's-Gravenhage voor herbehandeling op het bestaande hoger beroep.