ECLI:NL:HR:2009:BH5705
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- H.A.G. Splinter-van Kan
- W.F. Groos
- Rechtspraak.nl
Medeplegen van poging tot oplichting bij theorie-examen CBR
In deze zaak gaat het om de verdachte die samen met drie andere vrouwen naar het theorie-examencentrum van het CBR in Apeldoorn is gebracht om het theorie-examen af te leggen. Onderweg werd hen uitgelegd dat zij een sigarettenpakje zouden ontvangen met daarin een ontvanger voor codes die hen de juiste antwoorden op het examen zouden geven. Bij aankomst bij het CBR hebben de verdachte en de andere vrouwen zich als kandidaten aangemeld en hebben zij deelgenomen aan het examen. De Hoge Raad oordeelt dat het oordeel van het Hof, dat de gedragingen van de verdachte gericht waren op de voltooiing van het voorgenomen misdrijf, niet onjuist of onbegrijpelijk is. De verdachte heeft door haar aanmelding voor het examen gehandeld ter uitvoering van het misdrijf om zich wederrechtelijk te bevoordelen door middel van listige kunstgrepen. De bewezenverklaring steunt op verschillende bewijsmiddelen, waaronder verklaringen van betrokkenen en proces-verbaal van de politie. De Hoge Raad verwerpt het beroep van de verdachte en bevestigt de uitspraak van het Hof.