ECLI:NL:HR:2009:BH3337
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.J. van Maanen
- J.W.M. Tijnagel
- A.H.T. Heisterkamp
- Rechtspraak.nl
Cassatie over WOZ-beschikkingen en onroerendezaakbelastingen in gemeente Delft
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van belanghebbenden X1 en X2 tegen uitspraken van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, die betrekking hebben op aanslagen in de onroerendezaakbelastingen en beschikkingen op grond van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ). De Hoge Raad heeft op 20 februari 2009 uitspraak gedaan. De belanghebbenden hebben bezwaar gemaakt tegen de vastgestelde waarde van hun onroerende zaak aan de a-straat 1 te Z voor de periode van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2004. De gemeente Delft had hen aanslagen opgelegd, die door het Hoofd Belastingen zijn gehandhaafd. Het Hof heeft de beroepen van de belanghebbenden ongegrond verklaard, maar de belanghebbenden hebben hiertegen beroep in cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de klacht van de belanghebbenden slaagt. De stukken van het geding wijzen erop dat de belanghebbenden de beschikkingen aanvochten op de grond dat de inhoud van de onroerende zaak kleiner is dan de 520 m3 die in het taxatieverslag is vermeld. De belanghebbenden stelden primair dat er bij een eerder compromis is uitgegaan van een inhoud van 410 m3, en subsidiair dat de inhoud 469 m3 moet zijn. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie gegrond verklaard, de uitspraken van het Hof vernietigd en het geding verwezen naar het Gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling. Tevens is de gemeente Delft gelast om het griffierecht van € 103 aan de belanghebbenden te vergoeden.
De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling geconcludeerd dat de WOZ-beschikkingen niet onherroepelijk zijn komen vast te staan, waardoor de uitspraken van het Hof niet in stand kunnen blijven. Dit arrest benadrukt het belang van correcte geschilomschrijvingen en de noodzaak om eerdere overeenkomsten in acht te nemen bij de waardering van onroerende zaken.