ECLI:NL:HR:2009:BH0766

Hoge Raad

Datum uitspraak
27 maart 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
08/01150
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Huurrecht en ontbinding van huurovereenkomst kantoorruimte

In deze zaak gaat het om een geschil tussen [eiseres] en [verweerster] over de ontbinding van een huurovereenkomst voor kantoorruimte. [Verweerster] heeft op 14 december 2004 [eiseres] gedagvaard voor de rechtbank 's-Hertogenbosch, waarbij zij vorderde dat de huurovereenkomst per 1 april 2004 zou zijn geëindigd en dat [eiseres] de kantoorruimte diende te ontruimen. Daarnaast vorderde [verweerster] een maandelijkse vergoeding van € 1.700,-- vanaf 1 juli 2004 tot de daadwerkelijke ontruiming, vermeerderd met rente en kosten. De kantonrechter heeft op 25 augustus 2005 de huurovereenkomst beëindigd verklaard en [eiseres] veroordeeld tot ontruiming en betaling van de gevorderde som.

Hierop heeft [eiseres] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch. Het hof heeft na een tussenarrest op 13 maart 2007, waarin [eiseres] werd opgedragen bewijs te leveren, op 16 oktober 2007 het vonnis van de rechtbank bekrachtigd. Tegen deze arresten heeft [eiseres] cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft op 27 maart 2009 het beroep in cassatie verworpen, waarbij de conclusie van de Advocaat-Generaal J.L.R.A. Huydecoper tot verwerping strekte. De Hoge Raad heeft [eiseres] bovendien in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, die aan de zijde van [verweerster] op nihil zijn begroot.

De Hoge Raad oordeelde dat de klachten in het cassatiemiddel niet tot cassatie konden leiden en dat nadere motivering niet nodig was, gezien artikel 81 RO. Dit arrest is openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann.

Uitspraak

27 maart 2009
Eerste Kamer
08/01150
EV/IS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Eiseres],
wonende te [woonplaats],
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. M. de Boorder,
t e g e n
[Verweerster],
gevestigd te [vestigingsplaats],
VERWEERSTER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiseres] en [verweerster].
1. Het geding in feitelijke instanties
[Verweerster] heeft bij exploot van 14 december 2004 [eiseres] gedagvaard voor de rechtbank 's-Hertogenbosch, sector kanton, en gevorderd, kort gezegd, een verklaring voor recht dat de huurovereenkomst tussen partijen betreffende de kantoorruimte aan de [a-straat 1] te [plaats] is geëindigd per 1 april 2004, alsmede veroordeling van [eiseres] deze ruimte te ontruimen en te verlaten en betaling door [eiseres] van een vergoeding van € 1.700,-- exclusief btw per maand vanaf 1 juli 2004 tot de daadwerkelijke ontruiming, een en ander te vermeerderen met rente en kosten als vermeld in de dagvaarding.
[Eiseres] heeft de vordering bestreden.
De kantonrechter heeft bij vonnis van 25 augustus 2005 de huurovereenkomst tussen partijen betreffende de kantoorruimte per 1 april 2004 geëindigd verklaard, [eiseres] veroordeeld om voornoemde ruimte te ontruimen en [eiseres] veroordeeld om aan [verweerster] te voldoen de somma van € 1.700,-- per maand vanaf 1 juli 2004 tot aan de daadwerkelijke ontruiming.
Tegen dit vonnis heeft [eiseres] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.
Na tussenarrest van 13 maart 2007 waarbij [eiseres] is opgedragen bewijs te leveren heeft het hof bij eindarrest van 16 oktober 2007 het vonnis van de rechtbank bekrachtigd.
De arresten van het hof zijn aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de arresten van 13 maart 2007 en 16 oktober 2007 van het hof heeft [eiseres] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Tegen [verweerster] is verstek verleend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J.L.R.A. Huydecoper strekt tot verwerping met toepassing van art. 81 RO.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiseres] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerster] begroot op nihil.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, W.A.M. van Schendel en C.A. Streefkerk, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 27 maart 2009.