ECLI:NL:HR:2009:BH0048

Hoge Raad

Datum uitspraak
7 april 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
08/00894 E
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • F.H. Koster
  • J.P. Balkema
  • J.W. Ilsink
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over de begrippen 'vergezellen' en 'zenden' in de context van de EG verordening nr. 1774/2002

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem, Economische Kamer, van 3 april 2007, in de strafzaak tegen een verdachte geboren in 1963. De verdachte heeft beroep ingesteld, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. M.J.J.E. Stassen uit Tilburg, die middelen van cassatie heeft voorgesteld. De Advocaat-Generaal Knigge heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft op 7 april 2009 uitspraak gedaan.

De Hoge Raad heeft de middelen van cassatie beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 81 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie (RO), wat inhoudt dat er geen nadere motivering nodig is, aangezien de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen, en dit arrest is uitgesproken door vice-president F.H. Koster als voorzitter, samen met de raadsheren J.P. Balkema en J.W. Ilsink, in aanwezigheid van de waarnemend griffier J.D.M. Hart.

Uitspraak

7 april 2009
Strafkamer
nr. 08/00894 E
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem, Economische Kamer, van 3 april 2007, nummer 21/000125-06, in de strafzaak tegen:
[Verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1963, wonende te [woonplaats].
1. Geding in cassatie
1.1. Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. M.J.J.E. Stassen, advocaat te Tilburg, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Knigge heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
1.2. De raadsman heeft schriftelijk op de conclusie gereageerd.
2. Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president F.H. Koster als voorzitter, en de raadsheren J.P. Balkema en J.W. Ilsink, in bijzijn van de waarnemend griffier J.D.M. Hart, en uitgesproken op 7 april 2009.