ECLI:NL:HR:2009:BG9918
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- O. de Savornin Lohman
- F.B. Bakels
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot toepassing van schuldsanering in het kader van de Wet schuldsanering natuurlijke personen
In deze zaak heeft verzoeker, wonende te [woonplaats], op 1 augustus 2007 een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank Utrecht met het verzoek om de toepassing van de schuldsaneringsregeling. De rechtbank heeft op 30 oktober 2007 dit verzoek afgewezen. Verzoeker heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. Het hof heeft op 20 maart 2008 het vonnis van de rechtbank bekrachtigd. Tegen deze beslissing heeft verzoeker cassatie ingesteld bij de Hoge Raad. De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman was om het beroep te verwerpen.
De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 20 februari 2009 geoordeeld dat de klachten die in de cassatie zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat, gezien artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, er geen nadere motivering nodig is, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep van verzoeker verworpen, waarmee de eerdere uitspraken van de rechtbank en het gerechtshof in stand zijn gebleven.
Dit arrest is openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann, en is daarmee een bevestiging van de eerdere afwijzingen van verzoeker om in aanmerking te komen voor de schuldsaneringsregeling.