ECLI:NL:HR:2009:BG6720

Hoge Raad

Datum uitspraak
13 februari 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
08/01403
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Echtscheiding en duurzame ontwrichting; omvang stelplicht verzoeker tot echtscheiding

In deze zaak heeft de vrouw op 5 januari 2007 een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank Haarlem met het verzoek om echtscheiding, een bijdrage in de kosten van levensonderhoud van de vrouw door de man, en de verdeling van de gemeenschap van goederen. De man heeft deze verzoeken bestreden. De rechtbank heeft op 17 juli 2007 de echtscheiding uitgesproken, maar de overige verzoeken aangehouden. De man heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam, dat op 3 januari 2008 de beschikking van de rechtbank heeft bekrachtigd. De man heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen deze beschikking.

In cassatie heeft de vrouw verzocht het beroep te verwerpen en de man te veroordelen in de kosten van de procedure. De Advocaat-Generaal D.W.F. Verkade heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De advocaat van de man heeft hierop gereageerd met een brief op 24 december 2008.

De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten in het middel niet tot cassatie kunnen leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep van de man verworpen, en deze beschikking is openbaar uitgesproken op 13 februari 2009.

Uitspraak

13 februari 2009
Eerste Kamer
08/01403
RM/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[De man],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKER tot cassatie,
advocaat: mr. J. Groen,
t e g e n
[De vrouw],
wonende te [woonplaats],
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. H.J.W. Alt.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als de man en de vrouw.
1. Het geding in feitelijke instanties
Bij verzoekschrift, gedateerd 5 januari 2007, heeft de vrouw zich gewend tot de rechtbank Haarlem en verzocht, kort gezegd, tussen partijen echtscheiding uit te spreken, te bepalen dat de man een bijdrage zal betalen in de kosten van levensonderhoud van de vrouw en voorts de verdeling van de tussen partijen bestaande gemeenschap van goederen te bevelen.
De man heeft de verzoeken van de vrouw bestreden.
De rechtbank heeft bij beschikking van 17 juli 2007 tussen partijen echtscheiding uitgesproken en de behandeling van de zaak voor het overige aangehouden.
Tegen deze beschikking heeft de man hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam.
Bij beschikking van 3 januari 2008 heeft het hof de beschikking waarvan beroep, voorzover aan zijn oordeel onderworpen, bekrachtigd.
De beschikking van het hof is aan deze beschikking gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van het hof heeft de man beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De vrouw heeft bij verweerschrift verzocht het beroep te verwerpen en de man te veroordelen in de kosten van de procedure.
De conclusie van de Advocaat-Generaal D.W.F. Verkade strekt tot verwerping van het beroep.
De advocaat van de man heeft bij brief van 24 december 2008 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A. Hammerstein, als voorzitter, F.B. Bakels en W.D.H. Asser, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 13 februari 2009.