ECLI:NL:HR:2009:BG6449

Hoge Raad

Datum uitspraak
13 februari 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
R07/079HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over passeren aanbod tot getuigenbewijs in Antillenzaak

In deze zaak, die voor de Hoge Raad der Nederlanden diende, ging het om een geschil tussen The Sissies Interior Decoration N.V. en Coral Estate Resort Development N.V. over een vordering tot betaling van een bedrag van ANG 57.534,70, vermeerderd met rente en kosten. The Sissies had op 28 november 2003 een verzoekschrift ingediend bij het gerecht in eerste aanleg van de Nederlandse Antillen, zittingsplaats Curaçao. Het gerecht had de vordering afgewezen in een eindvonnis op 13 maart 2006. The Sissies ging in hoger beroep bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie, dat op 23 januari 2007 het vonnis van het gerecht bevestigde. Hierop volgde een cassatieberoep van The Sissies bij de Hoge Raad.

De Hoge Raad behandelde de zaak op 13 februari 2009. De advocaat-generaal E.M. Wesseling-van Gent had geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad oordeelde dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie konden leiden. Dit was in overeenstemming met artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, dat bepaalt dat geen nadere motivering vereist is wanneer de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

De Hoge Raad verwerpt het cassatieberoep en veroordeelt The Sissies in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van CERD zijn begroot op € 786,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Dit arrest is openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann, en de zaak is daarmee afgesloten.

Uitspraak

13 februari 2009
Eerste Kamer
Nr. R07/079HR
EV/TT
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
THE SISSIES INTERIOR DECORATION N.V.,
gevestigd op Curaçao,
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. J. Groen,
t e g e n
CORAL ESTATE RESORT DEVELOPMENT N.V.,
gevestigd op Curaçao,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. J.P. Heering.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als The Sissies en CERD.
1. Het geding in feitelijke instanties
Met een op 28 november 2003 ter griffie van het gerecht in eerste aanleg van de Nederlandse Antillen zittingsplaats Curaçao, ingekomen verzoekschrift heeft The Sissies zich gewend tot dat gerecht en verzocht CERD te veroordelen om aan The Sissies te betalen een bedrag van ANG 57.534,70, te vermeerderen met rente en kosten.
CERD heeft de vordering bestreden.
Het gerecht heeft, na een aantal tussenvonnissen waarin onder meer een deskundige is benoemd voor het opmaken van een deskundigenbericht, bij eindvonnis van 13 maart 2006 de vordering afgewezen.
Tegen het eindvonnis heeft The Sissies hoger beroep ingesteld bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba, hierna: het hof.
Bij vonnis van 23 januari 2007 heeft het hof het vonnis van het gerecht bevestigd.
Het vonnis van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het vonnis van het hof heeft The Sissies beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
CERD heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal E.M. Wesseling-van Gent strekt tot verwerping van het beroep.
De advocaat van The Sissies heeft bij brief van 16 december 2008 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt The Sissies in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van CERD begroot op € 786,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en W.A.M. van Schendel, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 13 februari 2009.