ECLI:NL:HR:2009:BG6443
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- O. de Savornin Lohman
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- J.C. van Oven
- C.A. Streefkerk
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van een arbitraal vonnis wegens het ontbreken van een geldige arbitrageovereenkomst
In deze zaak gaat het om de vernietiging van een arbitraal vonnis dat is uitgesproken door het Scheidsgerecht voor de Bloembollenhandel. De eiseres, [eiseres 2], had in 2004 een arbitrage aanhangig gemaakt tegen Ruwa, waarbij zij vorderde dat Ruwa zou worden veroordeeld tot betaling van € 49.000,-- voor de koopsom van een partij bloembollen. Ruwa betwistte de geldigheid van de koopovereenkomst en stelde dat er geen arbitrage was overeengekomen. De rechtbank Haarlem wees de vordering van Ruwa af, maar het gerechtshof te Amsterdam vernietigde dit vonnis en verklaarde het arbitraal vonnis van 7 oktober 2004 nietig.
De Hoge Raad oordeelt in cassatie over de vraag of het scheidsgerecht zich ten onrechte bevoegd heeft geacht om van de zaak kennis te nemen. De Hoge Raad stelt vast dat Ruwa in de arbitrale procedure het verweer heeft gevoerd dat er geen overeenkomst was, en dat zij dit verweer ook in de vernietigingsprocedure bij de gewone rechter mocht aanvoeren. De Hoge Raad benadrukt dat de gewone rechter het laatste woord heeft over de bevoegdheid van het scheidsgerecht en dat het ontbreken van een geldige overeenkomst tot arbitrage kan leiden tot vernietiging van het arbitraal vonnis.
De Hoge Raad verwerpt het beroep van [eiser] c.s. en bevestigt de beslissing van het hof, waarbij het arbitraal vonnis is vernietigd. De kosten van het geding in cassatie worden aan [eiser] c.s. opgelegd, waarbij de kosten zijn begroot op € 371,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.