ECLI:NL:HR:2008:BG3668
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- O. de Savornin Lohman
- F.B. Bakels
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Onbevoegde vertegenwoordiging en ondertekening van pandakte in Arubaanse zaak
In deze Arubaanse zaak, die voor de Hoge Raad is gebracht, heeft Bestbet Investments N.V. (hierna: Bestbet) een vordering ingesteld tegen Banco di Caribe N.V. (hierna: Banco) met betrekking tot een pandakte. Bestbet verzocht het gerecht in eerste aanleg van de Nederlandse Antillen en Aruba om Banco te veroordelen tot betaling van Afl. 75.000,--, vermeerderd met rente. Banco heeft de vordering bestreden, wat leidde tot een reeks tussenvonnissen waarin onder andere een deskundigenonderzoek naar de echtheid van de pandakte werd gelast. Dit onderzoek vond echter geen doorgang omdat Bestbet weigerde de kosten voor te schieten. Uiteindelijk heeft het gerecht de vordering van Bestbet afgewezen in een eindvonnis van 12 mei 2004.
Bestbet ging in hoger beroep bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie, dat in een eindvonnis van 21 november 2006 de eerdere vonnissen bevestigde. Hierop heeft Bestbet cassatie ingesteld bij de Hoge Raad. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten van Bestbet niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad oordeelde dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoefden, aangezien deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
In de uitspraak heeft de Hoge Raad Bestbet in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, begroot op € 371,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De uitspraak werd gedaan door de raadsheren A. Hammerstein, O. de Savornin Lohman, F.B. Bakels en werd openbaar uitgesproken door E.J. Numann op 19 december 2008.