ECLI:NL:HR:2008:BG3592

Hoge Raad

Datum uitspraak
19 december 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
C07/162HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Oneerlijke mededinging en onrechtmatige daad in de context van gesloten kaartverkoop

In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gebracht, gaat het om een geschil tussen [A] en de Stichting Euro 2000 over de verkoop van toegangskaarten voor het voetbaltoernooi Euro 2000. [A] heeft Euro 2000 gedagvaard en gevorderd dat de rechtbank zou verklaren dat zij geen onrechtmatige daad heeft gepleegd door de kaarten te verkopen. Euro 2000 heeft de vordering bestreden en de rechtbank te Assen heeft zich onbevoegd verklaard, waarna de zaak naar de rechtbank te 's-Hertogenbosch werd verwezen. Deze rechtbank heeft in een tussenvonnis en een eindvonnis de vorderingen van [A] afgewezen.

[A] heeft hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch, dat op 30 januari 2007 de vonnissen waarvan beroep gedeeltelijk heeft vernietigd, maar de vorderingen van [eiser 2] heeft afgewezen. Tegen dit arrest heeft [A] cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier strekt tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft uiteindelijk het beroep verworpen en [A] veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 371,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.

De Hoge Raad oordeelt dat de klachten in het cassatiemiddel niet tot cassatie kunnen leiden, omdat zij niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Dit arrest is gewezen door de raadsheren van de Hoge Raad en openbaar uitgesproken op 19 december 2008.

Uitspraak

19 december 2008
Eerste Kamer
Nr. C07/162HR
RM/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. [Eiseres 1],
handelende onder de naam [A],
2. [Eiser 2],
beiden wonende te [woonplaats],
EISERS tot cassatie,
advocaat: mr. J.P. Heering,
t e g e n
STICHTING EURO 2000,
gevestigd te Eindhoven,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: aanvankelijk mr. M.V. Polak,
thans mr. R.A.A. Duk.
Eisers tot cassatie zullen hierna afzonderlijk worden aangeduid als [eiseres 1] en [eiser 2] en tezamen als [A]. Verweerster zal worden aangeduid als Euro 2000.
1. Het geding in feitelijke instanties
[A] heeft bij exploot van 7 juni 2001 Euro 2000 gedagvaard voor de rechtbank te Assen en gevorderd, kort gezegd, te verklaren voor recht dat (i) [A] door te handelen in toegangskaarten voor het voetbaltoernooi Euro 2000 geen onrechtmatige daad pleegde jegens Euro 2000 en (ii) dat Euro 2000 door de tenuitvoerlegging van het kortgedingvonnis van 9 juni 2000 van de president van de rechtbank te Amsterdam, onrechtmatig heeft gehandeld en aansprakelijk is voor de deswege geleden en nog te lijden schade, op te maken bij staat.
Euro 2000 heeft de vordering bestreden.
De rechtbank te Assen heeft zich, bij vonnis in het incident van 9 oktober 2001, onbevoegd verklaard kennis te nemen van de vordering en de zaak verwezen naar de rechtbank te 's-Hertogenbosch.
De rechtbank te 's-Hertogenbosch heeft na een tussenvonnis van 18 februari 2004 bij eindvonnis van 8 juni 2005 [eiser 2] niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering en de vordering van [eiseres 1] afgewezen.
Tegen beide vonnissen heeft [A] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.
Bij arrest van 30 januari 2007 heeft het hof de vonnissen waarvan beroep vernietigd voor zover [eiser 2] niet-ontvankelijk is verklaard. In zoverre opnieuw rechtdoende heeft het hof de vorderingen van [eiser 2] afgewezen en de vonnissen voor het overige bekrachtigd. Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft [A] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Euro 2000 heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten en voor [A] mede door mr. S.M. Bartman en mr. J. Brandt, advocaten bij de Hoge Raad.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier strekt tot verwerping van het beroep.
De advocaat van [eiseres 2] heeft bij brief van 13 november 2008 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [A] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Euro 2000 begroot op € 371,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, W.A.M. van Schendel en C.A. Streefkerk, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 19 december 2008.