ECLI:NL:HR:2008:BG3578
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- O. de Savornin Lohman
- F.B. Bakels
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot voortgezet verblijf in psychiatrisch ziekenhuis en cassatieprocedure
In deze zaak heeft de officier van justitie op 29 mei 2008 een verzoek ingediend bij de rechtbank Utrecht voor een machtiging tot voortgezet verblijf van betrokkene in een psychiatrisch ziekenhuis. Dit verzoek werd ondersteund door een geneeskundige verklaring en een behandelingsplan. De rechtbank heeft op 26 juni 2008 de betrokkene, bijgestaan door zijn raadsvrouw, psychotherapeut, mentor en moeder, gehoord. Op 27 juni 2008 verleende de rechtbank de machtiging voor een periode van twee jaar, tot uiterlijk 27 juni 2010. Betrokkene heeft tegen deze beschikking cassatie ingesteld. De officier van justitie heeft geen verweerschrift ingediend. De Advocaat-Generaal E.M. Wesseling-van Gent heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De advocaat van betrokkene heeft op 14 november 2008 op deze conclusie gereageerd.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat de klachten in het cassatiemiddel niet tot cassatie kunnen leiden. Dit is in overeenstemming met artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, wat betekent dat er geen verdere motivering nodig is, aangezien de klachten niet leiden tot rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft op 19 december 2008 de beschikking van de rechtbank bevestigd en het beroep verworpen. De uitspraak is gedaan door de raadsheren A. Hammerstein, O. de Savornin Lohman, en F.B. Bakels, en openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann.