ECLI:NL:HR:2008:BF0373
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- O. de Savornin Lohman
- F.B. Bakels
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Ontslag op staande voet wegens verduistering en doorbetaling van loon
In deze zaak gaat het om een geschil tussen [eiser] en [verweerster] over de rechtmatigheid van een ontslag op staande voet wegens verduistering. [Eiser] heeft op 4 maart 2005 [verweerster] gedagvaard voor de kantonrechter te Utrecht, waarbij hij vorderde tot betaling van zijn salaris vanaf 1 januari 2005 tot aan de rechtsgeldige beëindiging van de arbeidsovereenkomst, vermeerderd met wettelijke verhogingen en rente. De kantonrechter heeft op 5 oktober 2005 [verweerster] veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 1.539,87 bruto per maand, maar heeft het meer of anders gevorderde afgewezen.
[Verweerster] heeft tegen dit vonnis hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam, dat op 25 januari 2007 het vonnis heeft vernietigd en de vordering van [eiser] heeft afgewezen. [Eiser] heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen dit arrest. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier strekte tot verwerping van het beroep.
De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en [eiser] veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van [verweerster] zijn begroot op € 371,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De Hoge Raad oordeelt dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden, en dat nadere motivering niet nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.