ECLI:NL:HR:2008:BE9095

Hoge Raad

Datum uitspraak
17 oktober 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
08/01613
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling op grond van niet te goeder trouw ontstaan schulden

In deze zaak heeft verzoeker, wonende te [woonplaats], op 3 januari 2008 een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank Alkmaar met het verzoek om toepassing van de schuldsaneringsregeling. De rechtbank heeft dit verzoek op 17 januari 2008 afgewezen. Verzoeker heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam, dat de zaak op 26 februari en 14 maart 2008 mondeling heeft behandeld. Het hof heeft op 4 april 2008 het vonnis van de rechtbank bekrachtigd. Verzoeker heeft vervolgens beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof, dat aan het arrest van de Hoge Raad is gehecht.

De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden. Dit is in overeenstemming met artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, dat stelt dat geen nadere motivering nodig is wanneer de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep van verzoeker verworpen, waarmee de eerdere uitspraken van de rechtbank en het gerechtshof in stand blijven.

De uitspraak is gedaan door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens (voorzitter), J.C. van Oven en C.A. Streefkerk, en is op 17 oktober 2008 openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann.

Uitspraak

17 oktober 2008
Eerste Kamer
08/01613
RM/EE
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Verzoeker],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKER tot cassatie,
advocaat: mr. M. Oosterom.
Verzoeker zal hierna ook worden aangeduid als [verzoeker].
1. Het geding in feitelijke instanties
Met een op 3 januari 2008 ter griffie van de rechtbank Alkmaar ingediend verzoekschrift heeft [verzoeker] zich gewend tot die rechtbank en verzocht ten aanzien van hem de toepassing van de schuldsaneringsregeling uit te spreken.
Na mondelinge behandeling van de zaak heeft de rechtbank bij vonnis van 17 januari 2008 het verzoek afgewezen.
Tegen dit vonnis heeft [verzoeker] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam.
Het hof heeft de zaak mondeling behandeld op 26 februari en 14 maart 2008. Bij arrest van 4 april 2008 heeft het hof het vonnis waarvan beroep bekrachtigd.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft [verzoeker] beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekt tot verwerping.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en C.A. Streefkerk, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 17 oktober 2008.