ECLI:NL:HR:2008:BD7077
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- O. de Savornin Lohman
- F.B. Bakels
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Voorlopige uitbreiding van een omgangsregeling in familierechtelijke context
In deze zaak heeft de moeder, wonende te [woonplaats], op 7 december 2006 een verzoekschrift ingediend bij de kinderrechter van de rechtbank Amsterdam. Zij verzocht om een ruimere en frequentere omgangsregeling met haar minderjarige dochter, die onder toezicht was gesteld en uithuisgeplaatst. De Stichting Bureau Jeugdzorg Agglomeratie Amsterdam (BJAA) heeft het verzoek bestreden. De kinderrechter heeft op 21 februari 2007, na behandeling met gesloten deuren, een tussenbeschikking gegeven waarin werd bepaald dat de bezoekregeling voorlopig werd uitgebreid. Dit hield in dat er één keer in de drie weken gedurende anderhalf uur contact zou zijn tussen de moeder en haar dochter op het kantoor van Spirit, met de behandeling pro forma voortgezet in juni 2007 in afwachting van het onderzoek van de Raad voor de Kinderbescherming.
BJAA heeft hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam, dat op 6 september 2007 de beschikking van de kinderrechter heeft vernietigd en het verzoek van de moeder heeft afgewezen. Tegen deze beschikking heeft de moeder cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten in het cassatiemiddel niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad oordeelde dat er geen nadere motivering nodig was, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep van de moeder verworpen. De beschikking is gegeven door de raadsheren A. Hammerstein (voorzitter), O. de Savornin Lohman, F.B. Bakels, en openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann op 12 september 2008.