ECLI:NL:HR:2008:BD4746

Hoge Raad

Datum uitspraak
5 september 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
C07/128HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Handelsnaamrecht en verwarringsgevaar bij gebruik gelijkende handelsnaam

In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gebracht, staat de rechtmatigheid van het gebruik van een gelijkende handelsnaam centraal. De Stichting Hoop voor Straat- en Zwerfkinder heeft de Stichting Fonds Toekomst voor Kinderen gedagvaard, omdat zij van mening was dat het gebruik van de naam 'Stichting Fonds van Hoop voor Kinderen' onrechtmatig was en verwarring kon veroorzaken. De eiseres vorderde onder andere een verklaring voor recht, een verbod op het gebruik van de naam en schadevergoeding. De rechtbank te 's-Gravenhage heeft op 27 november 2002 de vorderingen van de Stichting Hoop afgewezen. Hierop heeft de Stichting Hoop hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof, dat op 18 januari 2007 het vonnis van de rechtbank heeft bekrachtigd. Tegen deze beslissing heeft de Stichting Hoop cassatie ingesteld bij de Hoge Raad. De Hoge Raad heeft op 5 september 2008 uitspraak gedaan en het beroep verworpen. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten in het cassatiemiddel niet tot cassatie konden leiden, en dat er geen nadere motivering nodig was, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft de Stichting Hoop ook veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de Stichting Toekomst op nihil zijn begroot.

Uitspraak

5 september 2008
Eerste Kamer
Nr. C07/128HR
EV/MD
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
DE STICHTING HOOP VOOR STRAAT- EN ZWERFKINDEREN,
gevestigd te 's-Gravenhage,
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. P.S. Kamminga,
t e g e n
DE STICHTING FONDS TOEKOMST VOOR KINDEREN,
gevestigd te 's-Gravenhage,
VERWEERSTER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als Stichting Hoop en Stichting Toekomst.
1. Het geding in feitelijke instanties
Stichting Hoop heeft bij exploot van 3 augustus 2001 Stichting Toekomst gedagvaard voor de rechtbank te 's-Gravenhage en gevorderd, kort gezegd:
* te verklaren voor recht dat het voeren van de naam Stichting Fonds van Hoop voor Kinderen door gedaagde onrechtmatig is tegenover Stichting Hoop,
* een veroordeling tot staken en gestaakt te houden van het gebruik van die naam onder verbeurte van een dwangsom,
* een verbod om een handelsnaam te voeren waarvan 'hoop' en 'kinderen' deel uitmaken, op straffe van een dwangsom,
* veroordeling tot betaling van schadevergoeding ad ƒ 10.000,--.
Stichting Toekomst heeft de vorderingen bestreden.
De rechtbank heeft bij vonnis van 27 november 2002 de vorderingen afgewezen.
Tegen dit vonnis heeft Stichting Hoop hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage.
Het hof heeft, na tussenarrest van 25 augustus 2005, bij eindarrest van 18 januari 2007 het vonnis van de rechtbank bekrachtigd.
De arresten van het hof zijn aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de arresten van het hof heeft Stichting Hoop beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Tegen Stichting Toekomst is verstek verleend.
De zaak is voor Stichting Hoop toegelicht door haar advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal D.W.F. Verkade strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt Stichting Hoop in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Stichting Toekomst begroot op nihil.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en C.A. Streefkerk, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 5 september 2008.