ECLI:NL:HR:2008:BD3652
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J.M. Corstens
- J.P. Balkema
- B.C. de Savornin Lohman
- J. W. Ilsink
- J. de Hullu
- Rechtspraak.nl
Cassatie over poging tot doodslag en mishandeling met een auto
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 11 november 2008 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De verdachte was eerder veroordeeld voor poging tot doodslag, mishandeling en overtreding van de Wegenverkeerswet. De zaak betreft een incident dat plaatsvond op 27 juni 2002 in Eindhoven, waar de verdachte met zijn auto opzettelijk op twee slachtoffers inreed. De Hoge Raad oordeelde dat de gebezigde bewijsmiddelen voldoende waren om de veroordeling te ondersteunen. De verdachte had met onverminderde snelheid in de richting van de slachtoffers gereden, wat leidde tot de conclusie dat hij de aanmerkelijke kans op overlijden van de slachtoffers had aanvaard. De verdediging voerde aan dat de manoeuvre van de verdachte niet voldoende was onderbouwd door de bewijsmiddelen, maar de Hoge Raad oordeelde dat de plaats waar de slachtoffers zich bevonden en de manoeuvre van de verdachte van ondergeschikte aard waren in het licht van de bewijsvoering. De Hoge Raad verwierp het beroep van de verdachte, omdat geen van de middelen tot cassatie kon leiden. De uitspraak van het Hof werd bevestigd, en de verdachte bleef veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar en ontzegging van de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen voor drie jaar.