ECLI:NL:HR:2008:BD3187
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- C. Schaap
- A.H.T. Heisterkamp
- Rechtspraak.nl
Cassatie over vrijstelling onroerendezaakbelastingen voor diplomatiek personeel
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende, een Duitse nationaliteit, tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De zaak betreft een aanslag in de onroerendezaakbelastingen van de gemeente Onderbanken voor het jaar 2003, opgelegd aan belanghebbende wegens het gebruik van de onroerende zaak aan de a-straat 1 te Z. Na bezwaar van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar de aanslag gehandhaafd, waarna belanghebbende in beroep ging bij het Hof. Het Hof verklaarde het beroep ongegrond, wat leidde tot het cassatieberoep van belanghebbende.
De Hoge Raad oordeelt dat het Hof heeft miskend dat belanghebbende mogelijk in aanmerking komt voor een vrijstelling van onroerendezaakbelastingen op basis van de Regeling diplomatieke en internationale vrijstellingen gemeentelijke belastingen. De Regeling stelt dat leden van diplomatieke en consulaire vertegenwoordigingen vrijgesteld zijn van gemeentelijke belastingen, mits zij geen Nederlander zijn en niet duurzaam verblijf houden in Nederland. De Hoge Raad concludeert dat het Hof onvoldoende heeft onderzocht of belanghebbende op de peildatum duurzaam verblijf hield in Nederland, en verwijst de zaak terug naar het Gerechtshof te Arnhem voor nader onderzoek.
De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het Hof en gelast dat de gemeente Onderbanken het griffierecht van € 105 aan belanghebbende vergoedt. Tevens wordt het College veroordeeld in de proceskosten van het geding in cassatie, vastgesteld op € 644 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De zaak heeft belangrijke implicaties voor de toepassing van vrijstellingen voor diplomatiek personeel en de interpretatie van duurzaam verblijf in Nederland.