ECLI:NL:HR:2008:BD3164
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- C.J.J. van Maanen
- C. Schaap
- J.W.M. Tijnagel
- A.H.T. Heisterkamp
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de belastingheffing van opbrengsten uit een Discretionary Award
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van belanghebbende tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam, die betrekking heeft op een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 2000. De belanghebbende had een Discretionary Award ontvangen van A N.V., een onderdeel van de B group, en was in geschil over de vraag of de opbrengst van deze Award terecht tot zijn belastbare inkomen was gerekend. De Hoge Raad oordeelt dat de Inspecteur de opbrengst van ƒ 925.727 terecht heeft aangemerkt als belastbaar inkomen, omdat belanghebbende zijn rechten pas onvoorwaardelijk kon uitoefenen vanaf 17 januari 2000, het moment waarop de aandelen werden omgezet en geschikt gemaakt voor verkoop. De Hoge Raad bevestigt de uitspraak van het Hof en oordeelt dat de middelen van belanghebbende falen. De beslissing van het Hof wordt als begrijpelijk en niet onjuist in het licht van de relevante documenten en feiten beschouwd. De Hoge Raad ziet geen aanleiding om de proceskosten te veroordelen en verklaart het beroep in cassatie ongegrond.