ECLI:NL:HR:2008:BD1380
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- A. Hammerstein
- F.B. Bakels
- C.A. Streefkerk
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Faillissementsrecht en de toestand van hebben opgehouden te betalen bij achtergestelde leningen
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 27 juni 2008 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen Dairex Holland B.V. en Armaghdown Creameries Ltd. Dairex, gevestigd te Eindhoven, was de verzoekster tot cassatie, terwijl Armaghdown, gevestigd in Newry, Verenigd Koninkrijk, de verweerder in cassatie was. De zaak betreft een verzoek tot faillietverklaring van Dairex, dat door de rechtbank 's-Hertogenbosch was afgewezen. Armaghdown had op 12 november 2007 een verzoekschrift ingediend om Dairex in staat van faillissement te verklaren, maar de rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de conclusie dat Dairex in de toestand verkeerde van te hebben opgehouden te betalen.
Na hoger beroep door Armaghdown heeft het gerechtshof te 's-Hertogenbosch op 13 februari 2008 de beschikking van de rechtbank vernietigd en Dairex in staat van faillissement verklaard. Dairex heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen dit arrest. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat het hof ten onrechte had geoordeeld dat Dairex in de toestand verkeerde van te hebben opgehouden te betalen. De Hoge Raad oordeelde dat, indien naast de vordering van de schuldeiser die het faillissement aanvraagt, alleen blijkt van een achtergestelde schuld die pas bij liquidatie behoeft te worden voldaan, dit niet voldoende is om te concluderen dat de schuldenaar is opgehouden te betalen.
De Hoge Raad vernietigde het arrest van het gerechtshof en verwees de zaak naar het gerechtshof te Arnhem voor verdere behandeling. Tevens werd Armaghdown veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie. Dit arrest benadrukt de noodzaak van zorgvuldige beoordeling van de toestand van de schuldenaar en de rol van achtergestelde leningen in faillissementsprocedures.