ECLI:NL:HR:2008:BC7683
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- O. de Savornin Lohman
- E.J. Numann
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid werkgever voor gezondheidsschade door organische oplosmiddelen
In deze zaak heeft een werknemer de werkgever, ARKEMA VLISSINGEN B.V., gedagvaard voor de kantonrechter te Middelburg, met als doel vergoeding van gezondheidsschade die hij zou hebben opgelopen door blootstelling aan organische oplosmiddelen tijdens zijn werkzaamheden. De werknemer vorderde een schadevergoeding, op te maken bij staat, een voorschot op de schadevergoeding en vergoeding van buitengerechtelijke kosten. De rechtbank heeft op 4 maart 2002 de vordering van de werknemer toegewezen, waarbij een voorschot van € 5.000,-- voor immateriële schade, € 544,54 voor reis- en verblijfkosten en € 425,10 voor buitengerechtelijke kosten werd toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente.
De werkgever heeft tegen dit vonnis hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage. Na een tussenarrest op 5 december 2003 en getuigenverhoren, heeft het hof op 18 augustus 2006 het vonnis van de rechtbank vernietigd en de vorderingen van de werknemer afgewezen. De werknemer heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen de arresten van het hof.
De Hoge Raad heeft op 16 mei 2008 het beroep in cassatie verworpen. De klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, konden niet tot cassatie leiden. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten geen nadere motivering behoefden, aangezien zij niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De werknemer werd veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de werkgever zijn begroot op € 651,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.