ECLI:NL:HR:2008:BC6273
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J.M. Corstens
- J. de Hullu
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Levenslange gevangenisstraf en cumulatie bij recidive na eerdere veroordeling
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 8 juli 2008 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te Leeuwarden. De verdachte, die eerder in Engeland tot levenslange gevangenisstraf was veroordeeld voor moord, had opnieuw een moord gepleegd. Het Hof had de verdachte veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf, waarbij het Hof oordeelde dat een tijdelijke gevangenisstraf niet voldeed aan de bescherming van de maatschappij, gezien de kans op recidive. De verdachte stelde in cassatie dat het onjuist was om hem opnieuw een levenslange gevangenisstraf op te leggen, omdat hij al een levenslange straf onderging. De Hoge Raad verwierp deze opvatting en oordeelde dat de wettelijke regeling van de oplegging van vrijheidsstraffen geen steun biedt voor de stelling dat een tweede levenslange gevangenisstraf niet mogelijk zou zijn. De Hoge Raad concludeerde dat de bescherming van de maatschappij voorrang moet krijgen boven de mogelijkheid van vrijlating van de verdachte. De Hoge Raad oordeelde dat de redelijke termijn voor de behandeling van het cassatieberoep niet was overschreden, omdat de opgelegde levenslange gevangenisstraf zich niet leent voor vermindering. Het beroep in cassatie werd verworpen.