ECLI:NL:HR:2008:BC5944

Hoge Raad

Datum uitspraak
8 april 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
00005/07
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • F.H. Koster
  • J.P. Balkema
  • W.M.E. Thomassen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verwerping van het beroep in cassatie tegen arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 8 april 2008 uitspraak gedaan in het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, dat op 10 juli 2006 was gewezen. Het beroep was ingesteld door de verdachte, die werd bijgestaan door mr. H.E.P. van Geelkerken, advocaat te Heerlen. De verdachte, geboren in 1969, had zijn middelen van cassatie schriftelijk ingediend, welke aan het arrest waren gehecht.

De Advocaat-Generaal Machielse had geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft de middelen beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie konden leiden. Volgens artikel 81 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie (RO) was er geen noodzaak voor nadere motivering, aangezien de middelen niet leidden tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

De Hoge Raad heeft vastgesteld dat er geen gronden waren voor vernietiging van de bestreden uitspraak. Daarom werd het beroep verworpen. De uitspraak werd gedaan door de vice-president F.H. Koster, samen met de raadsheren J.P. Balkema en W.M.E. Thomassen, in aanwezigheid van de waarnemend griffier J.D.M. Hart. Deze uitspraak bevestigt de eerdere beslissing van het Gerechtshof en onderstreept de afwijzing van de ingediende cassatiemiddelen.

Uitspraak

8 april 2008
Strafkamer
nr. 00005/07
ABG/AW
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 10 juli 2006, nummer 20/000226-06, in de strafzaak tegen:
[Verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1969, wonende te [woonplaats].
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. H.E.P. van Geelkerken, advocaat te Heerlen, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Machielse heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
2. Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3. Slotsom
Nu geen van de middelen tot cassatie kan leiden, terwijl de Hoge Raad ook geen grond aanwezig oordeelt waarop de bestreden uitspraak ambtshalve zou behoren te worden vernietigd, moet het beroep worden verworpen.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president F.H. Koster als voorzitter, en de raadsheren J.P. Balkema en W.M.E. Thomassen, in bijzijn van de waarnemend griffier J.D.M. Hart, en uitgesproken op 8 april 2008.