ECLI:NL:HR:2008:BC5724
Hoge Raad
- Cassatie
- P.C. Kop
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Afwijzing schadevordering na beëindiging overeenkomst in overeenkomstenrecht
In deze zaak heeft Atlantic Cargo Services B.V. (hierna: Atlantic) M&S Mode B.V. (hierna: M&S Mode) gedagvaard voor de rechtbank Amsterdam, waarbij Atlantic vergoeding van schade vorderde die zij had geleden na de beëindiging van een overeenkomst. De vordering was ingesteld op 16 juli 2002 en betrof schade die opgemaakt diende te worden bij staat, met nevenvorderingen. M&S Mode heeft de vordering bestreden, waarna de rechtbank op 14 januari 2004 de vordering van Atlantic toewijsde.
M&S Mode ging echter in hoger beroep bij het gerechtshof te Amsterdam, dat op 31 augustus 2006 het vonnis van de rechtbank vernietigde en de vordering van Atlantic afwees. Tegen dit arrest heeft Atlantic cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld, waarbij de Advocaat-Generaal L. Strikwerda concludeerde tot verwerping van het beroep.
De Hoge Raad heeft op 18 april 2008 het beroep van Atlantic verworpen en Atlantic veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van M&S Mode zijn begroot op € 367,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De Hoge Raad oordeelde dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie konden leiden, en dat nadere motivering niet nodig was, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.