ECLI:NL:HR:2008:BB9783
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- E.J. Numann
- A. Hammerstein
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid van cassatieberoep en herstelexploot in civiele procedure
In deze zaak heeft eiser, vertegenwoordigd door mr. L.A. van der Niet, verweerder, vertegenwoordigd door mr. M.J. Schenck, gedagvaard voor de voorzieningenrechter van de rechtbank Arnhem. Eiser vorderde onder andere inzage in administratieve bescheiden van de vennootschap onder firma Vennoten Maatwerk Beheer (MBV) en een overzicht van stukken die volgens verweerder door een belastingambtenaar zouden zijn ontvreemd. De voorzieningenrechter heeft op 24 april 2006 de vordering tot inzage toegewezen, maar het hoger beroep van verweerder leidde tot een vernietiging van dit vonnis door het gerechtshof Arnhem op 20 februari 2007, waarbij de vorderingen van eiser werden afgewezen. Eiser heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen dit arrest van het hof. De Hoge Raad heeft zich in deze zaak gebogen over de ontvankelijkheid van het cassatieberoep, waarbij de focus lag op de vraag of de exploten van dagvaarding tijdig waren ingediend en of het tweede exploot kon worden aangemerkt als een geldig herstelexploot. De Hoge Raad oordeelde dat het eerste exploot niet tijdig was ingeschreven ter rolle, waardoor het geding in cassatie niet meer aanhangig was. Het tweede exploot voldeed niet aan de eisen van herstel van een gebrek, waardoor eiser niet-ontvankelijk werd verklaard in zijn cassatieberoep. De Hoge Raad veroordeelde eiser in de kosten van het geding in cassatie, begroot op € 371,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.