ECLI:NL:HR:2008:BB8949
Hoge Raad
- Cassatie
- P.C. Kop
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Geschil over misleidende reclame en verbod tot openbaarmaking door telecomaanbieder
In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gekomen, betreft het een geschil tussen KPN Telecom B.V. (thans KPN B.V.) en Pretium Telecom B.V. over misleidende reclame. KPN had Pretium gedagvaard voor de voorzieningenrechter van de rechtbank Haarlem en vorderde een verbod op de openbaarmaking van haar 'Laagste kosten garantie'. KPN stelde dat Pretium onterecht mededelingen deed die de indruk wekten dat KPN eindgebruikers ongewenst zou benaderen en dat deze mededelingen schadelijk waren voor de goede naam van KPN. De voorzieningenrechter heeft in een vonnis van 6 oktober 2005, verbeterd op 13 oktober 2005, de vorderingen van KPN in conventie gedeeltelijk toegewezen en Pretium verboden om de garantie als 'Laagste kostengarantie' openbaar te maken. Tevens werd er een dwangsom van € 25.000,- per dag opgelegd voor het niet naleven van dit verbod, met een maximum van € 500.000,-.
Pretium heeft tegen dit vonnis hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam, dat op 1 februari 2007 het vonnis gedeeltelijk heeft vernietigd. KPN heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal D.W.F. Verkade, die tot verwerping van het beroep strekte, gevolgd. De Hoge Raad heeft het beroep van KPN verworpen en KPN veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Pretium zijn begroot op € 371,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Dit arrest is gewezen op 13 juni 2008 en is openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann.