ECLI:NL:HR:2008:BB7678
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J.M. Corstens
- J.W. Ilsink
- W.M.E. Thomassen
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen vrijspraak van mishandeling in Zaandam
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 15 januari 2008 uitspraak gedaan in een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam. De verdachte was eerder vrijgesproken van meerdere feiten, waaronder mishandeling, maar het cassatieberoep was gericht tegen de vrijspraak van het primair tenlastegelegde feit van mishandeling. De Hoge Raad overwoog dat het cassatieberoep niet gericht was tegen de vrijspraken voor de feiten 1, 3 en 5, maar wel tegen de vrijspraak van feit 2, omdat er geen beperking in de cassatieakte was opgenomen. De Hoge Raad concludeerde dat uit de bewijsmiddelen niet kon worden afgeleid dat de verdachte de onder 2 en 4 tenlastegelegde mishandeling had gepleegd. De Hoge Raad vernietigde de bestreden uitspraak voor zover deze aan zijn oordeel was onderworpen en verwees de zaak terug naar het Gerechtshof te Amsterdam voor herbehandeling.
De zaak betreft een incident dat plaatsvond op 2 augustus 2003 in Zaandam, waar de verdachte werd beschuldigd van het opzettelijk mishandelen van twee slachtoffers, [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2]. De Hoge Raad oordeelde dat de verklaringen van de slachtoffers niet voldoende bewijs boden voor de bewezenverklaring van de mishandeling. De Hoge Raad benadrukte dat de pleegplaats van de feiten niet uit de bewijsmiddelen kon worden afgeleid en dat er geen letsel was vastgesteld bij het slachtoffer in kwestie. De uitspraak van de Hoge Raad heeft geleid tot de terugverwijzing van de zaak naar het Hof, waar de zaak opnieuw zal worden behandeld en afgedaan.