ECLI:NL:HR:2008:BB7037
Hoge Raad
- Cassatie
- F.B. Bakels
- O. de Savornin Lohman
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van een gemengde overeenkomst van huur en beheer voor jongerenhuisvesting
In deze zaak gaat het om een geschil tussen de Stichting Jongerenhuisvesting Union (SJU) en de Stichting Vestia Groep (Vestia) over de beëindiging van een gemengde overeenkomst van huur en beheer van een complex voor jongerenhuisvesting. Vestia heeft SJU gedagvaard voor de rechtbank 's-Gravenhage en gevorderd dat de overeenkomst als een beheersovereenkomst gekwalificeerd wordt en dat deze op 1 juni 2003 is geëindigd. Daarnaast vorderde Vestia dat SJU de volledige administratie van het complex zou afgeven, huurders zou informeren dat SJU niet meer als beheerder optreedt, en dat SJU alle bedragen die zij onder zich houdt aan Vestia zou voldoen. De rechtbank heeft op 20 oktober 2004 de vorderingen van Vestia grotendeels toegewezen. SJU heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage, dat op 12 mei 2006 het vonnis van de rechtbank heeft bekrachtigd. SJU heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen dit arrest. De Hoge Raad heeft op 18 januari 2008 het cassatieberoep verworpen en SJU in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten van SJU niet tot cassatie konden leiden, aangezien deze geen rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of rechtsontwikkeling met zich meebrachten.