ECLI:NL:HR:2008:BA0591
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- E.N. Punt
- Rechtspraak.nl
Beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen uitspraak Gerechtshof inzake naheffingsaanslag omzetbelasting
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, die betrekking heeft op een naheffingsaanslag in de omzetbelasting voor het tijdvak van 1 januari 2002 tot en met 31 december 2002. De belanghebbende, een tuinbouwbedrijf, had een perceel grond verkocht aan een naastgelegen tuinbouwbedrijf na het slopen van de aanwezige opstallen. De Inspecteur handhaafde de naheffingsaanslag, maar het Hof verklaarde het beroep gegrond en vernietigde de aanslag. De Staatssecretaris ging in cassatie tegen deze uitspraak.
De Hoge Raad oordeelt dat de levering van het perceel moet worden aangemerkt als een belaste levering van een bouwterrein in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968. Het Hof had vastgesteld dat alle werkzaamheden aan het perceel, inclusief de sloop van de opstallen, zijn verricht met het oog op de bebouwing van de grond door de koper. De Hoge Raad concludeert dat het Hof terecht heeft geoordeeld dat de sloop van de opstallen bijdraagt aan de kwalificatie van het perceel als bouwterrein.
De Hoge Raad verklaart het beroep van de Staatssecretaris ongegrond en veroordeelt hem in de proceskosten van de belanghebbende, vastgesteld op € 644 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand. Dit arrest is gewezen op 14 november 2008 en is openbaar uitgesproken. De Staatssecretaris wordt ook veroordeeld tot betaling van griffierecht van € 433.