ECLI:NL:HR:2008:AZ6888
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- P.J. van Amersfoort
- P. Lourens
- E.N. Punt
- J.A.C.A. Overgaauw
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van uitspraak Gerechtshof inzake douanerechten en omzetbelasting met verwijzing
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 12 september 2008 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam van 14 februari 2005. De zaak betreft uitnodigingen tot betaling van douanerechten en omzetbelasting die aan de belanghebbende, een persoon uit de Verenigde Staten van Amerika, zijn uitgereikt. De uitnodigingen waren gebaseerd op het vermoeden dat de belanghebbende handelingen had verricht die gericht waren op het ontduiken van douanerechten en omzetbelasting. Het Gerechtshof had het beroep van de belanghebbende ongegrond verklaard, maar de Hoge Raad heeft deze uitspraak vernietigd, behoudens de beslissing omtrent de proceskosten.
De Hoge Raad oordeelde dat het Gerechtshof een onjuiste rechtsopvatting had gehanteerd bij de beoordeling van de vraag of de uitnodigingen tot betaling konden worden vastgesteld binnen de termijn van vijf jaren, zoals bepaald in artikel 22e van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR). De Hoge Raad concludeerde dat de klachten van de belanghebbende in zoverre doel troffen, omdat het Hof niet had onderkend dat de belanghebbende niet in redelijkheid kon menen dat zijn handelen niet gericht was op ontduiking van douanerechten.
De Hoge Raad heeft de zaak verwezen naar het Gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling en beslissing, met inachtneming van het arrest. Tevens is bepaald dat de Staat het griffierecht van € 103 aan de belanghebbende dient te vergoeden. De uitspraak van de Hoge Raad is openbaar uitgesproken en de proceskosten zijn niet toegewezen.