ECLI:NL:HR:2007:BB9537
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- P.J. van Amersfoort
- P. Lourens
- A.R. Leemreis
- E.N. Punt
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de verzending van processtukken per fax en de ontvankelijkheid van beroep
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen een uitspraak van de Rechtbank te Haarlem. De Rechtbank had op 2 september 2005 het beroep van belanghebbende niet-ontvankelijk verklaard, omdat de gronden van het beroep niet binnen de gestelde termijn waren meegedeeld. Belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen een navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 2002, die door de Inspecteur was gehandhaafd. Na het indienen van verzet tegen de uitspraak van de Rechtbank, werd dit verzet ongegrond verklaard. Belanghebbende stelde in cassatie dat de rechtbank niet op de juiste wijze had gecommuniceerd, omdat de griffier een fax had verzonden met een verzoek om het verzuim te herstellen, maar dat deze fax niet door de gemachtigde van belanghebbende was ontvangen. De Hoge Raad oordeelt dat de rechtbank niet voldoende had gewaarborgd dat de faxcommunicatie de juiste aandacht kreeg, zoals vereist is voor gerechtelijke correspondentie. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie gegrond, vernietigt de uitspraak van de Rechtbank en verklaart het verzet gegrond. De Hoge Raad gelast dat de Staat de kosten van het geding in cassatie vergoedt aan belanghebbende.