ECLI:NL:HR:2007:BB6374
Hoge Raad
- Cassatie
- W.J.M. Davids
- J. de Hullu
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen vrijspraak van poging tot diefstal en bedreiging met geweld
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, waarbij de verdachte op 25 juli 2006 was vrijgesproken van een aantal tenlastegelegde feiten, waaronder poging tot diefstal en bedreiging met geweld. De Hoge Raad heeft op 13 november 2007 uitspraak gedaan in deze zaak. De verdachte, geboren in 1968 en ten tijde van de aanzegging gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting 'De Geerhorst' te Sittard, heeft zijn beroep ingesteld via zijn advocaat, mr. A.C.J. Lina. De Advocaat-Generaal Vellinga heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
Het Hof had in hoger beroep de verdachte vrijgesproken van de primair tenlastegelegde feiten, maar hem wel veroordeeld voor de subsidiaire tenlasteleggingen, waaronder poging tot diefstal en bedreiging met geweld. De Hoge Raad heeft de argumenten van de verdediging, die onder andere stelden dat de verdachte niet op tijd bij de plaats van de overval kon zijn, verworpen. De Hoge Raad oordeelde dat de afstand tussen de woning van de verdachte en de plaats van de overval, evenals de gemiddelde reistijd, feiten van algemene bekendheid zijn die zonder noemenswaardige moeite uit algemeen toegankelijke bronnen zijn te achterhalen.
De Hoge Raad heeft geconcludeerd dat de middelen van de verdediging niet tot cassatie kunnen leiden. De bestreden uitspraak van het Hof wordt bevestigd, en het beroep wordt verworpen. Dit arrest is gewezen door de president en twee raadsheren, en is uitgesproken in aanwezigheid van de waarnemend griffier.